Een voortdurende onrechtmatige daad verjaart niet
16 augustus 2018
Wie onrechtmatig handelt jegens een ander moet de schade vergoeden die daardoor wordt veroorzaakt. Dit wordt in zoveel woorden bepaald in artikel 6:162 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek. In artikel 3:310 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek staat dat rechtsvorderingen tot vergoeding van schade na vijf jaar verlopen. Dat betekent dat vorderingen om een schade vergoed te krijgen binnen vijf jaar moeten worden ingesteld. Dat lijkt veel, maar de praktijk is weerbarstig.
Schade door onjuiste toepassing Europese regelgeving
Stel je wilt schade vergoed hebben van een onrechtmatige handeling die of nalaten dat al meer dan vijf jaar duurt. Hypothetisch? Denk bijvoorbeeld aan een onjuiste toepassing van de Europese regelgeving in de Nederlandse wet. Door de onjuiste toepassing van Europese regels worden bedrijven onnodig beperkt waardoor (omzet-)schade kan worden geleden.
Bepaalde kansen zijn dus niet gepakt of konden – wettelijk gezien – niet worden verwezenlijkt. Maar later blijkt dat niet het geval te zijn. De Staat is hiervoor aansprakelijk. Die moet de Europese regels juist implementeren. Het nalaten daarvan is onrechtmatig en kwalificeert als onrechtmatige daad op grond waarvan een vordering tot schadevergoeding kan worden ingesteld.
Verjaring voortdurend onrechtmatig handelen
Verjaart een aansprakelijkheidsstelling als die onrechtmatige daad al langer dan vijf jaar duurt? In een recent arrest van 4 mei 2018 (ECLI:NL:HR:2018:677) bleek van niet. In dit arrest bepaalde de Hoge Raad dat onrechtmatig handelen kan voortduren: iedere dag weer. Hierdoor begint keer op keer de verjaringstermijn van vijf jaar te lopen om aanspraak te kunnen maken op een schadevergoeding. Gevolg hiervan is dat ondanks het feit dat de onrechtmatige daad al langer duurt dan vijf jaar, de schadevordering niet is verjaard. Wel kan die slechts betrekking hebben op de periode tot vijf jaar geleden.
Arrest Hoge Raad over voortdurend onrechtmatig handelen
Dit was het geval bij De Telegraaf (TMG), die een dagelijks overzicht van de televisieprogramma’s op de zenders van de NPO, RTL (RTL 4, 5, 7 en 8) en SBS (SBS6, Net5 en Veronica) publiceerde. De Telegraaf wilde echter een wéékoverzicht van deze programma’s kunnen publiceren. De omroeporganisaties hadden zich hiertegen in het verleden met succes verzet op grond van de Nederlandse wet. Later bleek ten onrechte. Blijkens Europese rechtspraak (Hof van Justitie van de Europese Unie van 1 maart 2012, zaak C-604/10 (Football Dataco) was de Europese richtlijn verkeerd toegepast (lees: geïmplementeerd). Hiermee stond het onrechtmatig handelen van de Staat vast.
De Hoge Raad oordeelde dat zolang geen juiste implementatie van de Europese richtlijn plaatsvindt, dit iedere dag een zelfstandige onrechtmatige daad van de Staat oplevert. De vordering tot vergoeding van schade die TMG had geleden door de onjuiste implementatie, was dus niet verjaard voor zover het de periode van vijf jaar voorafgaand aan de aansprakelijkheidsstelling betrof.